Mijn advies: luister!

Eli is een priester in een beroerde tijd (1 Samuël 1-3). Hij houdt Gods tent in bedrijf terwijl er nauwelijks visoenen zijn. Woorden van de HEER klinken zelden. Als zij klinken is het kritisch. Deze man krijgt een jonge jongen onder z’n hoede. Hanna is de moeder van Samuël, die haar zoon van de HEER heeft afgesmeekt. Deze jongen zal worden opgeleid in Gods huis. Dat had zij de HEER beloofd. “Dan zal hij voor de HEER verschijnen en daar voor altijd blijven.” (1,22).

Als God het woord weer neemt, passeert hij de oude Eli. “Zijn ogen waren dof geworden, hij kon bijna niet meer zien.” (3,2). Je zou denken: zijn gehoor zal des te beter zijn. En zijn levenservaring en plichtbetrachting zijn toch ook niet niks. Toch roept God de jongere generatie: “Samuël, Samuël!” De scene die zich dan afspeelt zou lachwekkend zijn als het niet zo treurig was. God moet drie keer roepen voordat de oude Eli doorheeft wat er aan de hand is.

Toch komt de man op datzelfde moment tot een van z’n beste adviezen: “Ga maar weer slapen. Wanneer je wordt geroepen, moet je antwoorden: ‘Spreek, HEER, uw dienaar luistert.’” (3,9). Heel mooi is het advies om weer te gaan slapen. God komt naar je toe op de manier en de tijd die Hij kiest. Wakker blijven en op zitten voegt daar niets aan toe. Maar het tweede advies is nog beter: luister.

Eli komt op de tweede rij terecht en zeurt er niet over. Als God hem passeert, wordt hij de adviseur van de jongere generatie. Hij weet zich te schikken, ook als er zwaar weer over land en volk aan komt: “Hij is de HEER. Laat hij doen wat Hij het beste vindt.” (3,18). Ik vind dat groots. Je schikken naar een ander, het is een slecht gewaardeerde houding in de Westerse cultuur. Wij willen persoonlijke ontwikkeling en ieder in de spotlight. God komt tegendraads de werkelijkheid binnen. De rollen worden omgedraaid: de laatsten worden eersten. De oudste zal de jongste dienen. De eerstgeborene komt achteraan te staan. Het doet een enorm appel op je geloof. Vertrouw je erop dat de voorrang voor Gods rijk ook jou ten goede komt, als anderen vooraan staan?  “Het is dan een hele beproeving voor de omgeving om door het abnormale heen te zien en toch te luisteren als de onregelmatig geroepene gaat spreken. Daarnaar gerekend heeft Eli ’t er niet zo slecht afgebracht.” (De Jong, 21). De oudste broer kan delen in het feest als het beste kalf geslacht wordt voor de teruggekeerde jongste zoon (Lukas 15,31-32). Neem je plek op rij twee en vier mee. Eli doet dat. Hulde.

Ik ben in de fase gekomen dat ik de periode naar het einde van mijn werkzame leven meet: zo’n tien, twaalf jaar. Dat is nog een mooi aantal jaren. Ik heb geen last van doffe ogen. Wel zie ik twintigers en dertigers naar voren treden. Ik geloof dat de HEER hen aanspreekt, al weet ik niet of elk visioen van Hem komt. Maar ik wil behoed worden voor wrok (als zou ik gepasseerd worden) of voor cynisme (alsof er na mij geen bloeitijd zou kunnen komen). Eli geeft mij een prachtig voorbeeld: geestelijke adviezen geven met als grondtoon: “Spreek, HEER, uw dienaar luistert.” Als jongeren dat antwoord geven op ingevingen en dromen, dan gaat de HEER hen inschakelen. Dat Rijk van Hem, dat komt er wel. Als wij daarin mogen deelnemen, wordt het ook iets van ons.

Eli heeft zijn zonen niet in de hand kunnen houden. Gods oordeel komt over hem en zijn zonen (3,11-14). De oude priester zal echter Samuël niet belemmeren om echt de nieuwe profeet te worden: spreek vrijuit jongen, “…probeer het niet voor me te verbergen.” (3,17). Eli schikt zich en dat is redding. Ik hoop dat mijn werk aan het einde een betere beoordeling krijgt. Hoe ook, ik wil Eli navolgen. Ik zal mensen adviseren om goed te luisteren. Want God spreekt.

Met dank aan Tim Vreugdenhil, dominee en ondernemer in Amsterdam. Hij inspireerde me met een verhaal over 1 Samuel 3 op een ochtend voor de kerkenraden van Delft, Pijnacker-Nootdorp en Zoetermeer, 19 januari 2019. En aan drs. H. de Jong, De twee Messiassen: 31 preken over het boek 1 Samuël. Kampen: Kok, 1978.