Afgunst & Jaloezie

  • “Ik ben jaloers als mensen dingen beter doen, als ze betere cijfers halen op school, als ze mooier en knapper zijn en als ze beter presteren.”
  • “Elke dag opnieuw en elke minuut van de dag ben ik bezig met keuren. En dan maar vergelijken, vergelijken en vergelijken en nooit kom ik er positief vanaf. Altijd ben ik de dikste en de lelijkste. Dun is mooi vind ik.
  • Meir Ariel (Israëlische zanger) in Songs of Pain: “Ze ging eens per week naar een vergadering en kwam terug met blosjes op de wangen, met een zware ademhaling die ik lang niet had gezien. Haar opgewonden blik deed me huilen van pijn.”
  • “Ken je die twee oude mensen, misschien je eigen opa en oma, die al zo lang met elkaar getrouwd zijn, dat ze precies weten wat de ander bedoelt en nodig heeft? Die zo met elkaar verstrengeld zijn, dat ze niet meer zonder elkaar kunnen. Om jaloers op te worden!”

Herken je je in een van bovenstaande citaten? Deel met elkaar wat of wie in jou afgunst of jaloezie kan opwekken. Realiseer je je dat jij bij anderen afgunst kunt opwekken?

1 Jaloezie is vooral ingegeven door het gevoel dat je bang bent om iets dat je als je bezit beschouwt te verliezen aan een ander. Afgunst gaat over iets willen wat een ander heeft. En bij de ergste vorm ben je bereid de ander ernstige schade toe te brengen, ook al krijg jij daardoor nog steeds niet wat je hartje begeert. (Margriet Sitkoorn, Passies van het brein: Waarom zondigen zo verleidelijk is. Amsterdam: Bert Bakker, 2010, 61) Wat de ander heeft, lijkt een belofte: als ik het heb dan heb ik ook het geluk dat er (zo te zien) bij hoort.

2 “Het was afgunst die Adam en Eva ertoe aanzette om de vruchten van de boom der kennis te eten. Er bestond een wezen dat groter was dan zij – een wezen dat regels had opgesteld en die naar willekeur kon veranderen, omdat alles, maar dan ook alles, Hem toebehoorde. Dat was het dat Adam en Eva niet konden verdragen. Ze aten de vruchten van de boom der kennis niet om goed en kwaad te leren kennen, maar om als God te zijn.” (Aviad Kleinberg, Zeven hoofdzonden: Een zeer onvolledige lijst. Kampen: Ten Have 2009, 60)

Welke andere Bijbelse figuren ken je die jaloers waren op iets dat een ander had of kreeg?

3 God noemt zichzelf de Afgunstige, bijvoorbeeld in Exodus 34,12-14: “Wacht je ervoor een verbond te sluiten met de inwoners van het land waarheen je op weg bent, want dat zou jullie ondergang zijn. Breek hun altaren af, verbrijzel hun gewijde stenen en hak hun Asjerapalen om, want jullie mogen niet voor een andere god neerknielen. De HEER, de Afgunstige, duldt geen ontrouw. (Zie ook Numeri 25,11; Deuteronomium 4,24; 6,15; Jozua 24,19; Psalm 78,58; Ezechiël 8,3-5; 16,38 en 42; 23,25 en vergelijk ook 1 Korinte 10,22)

Bespreek met elkaar hoe deze eigenschap van God past bij hoe wij Hem kennen in Jezus Christus. Bestaat er ook heilige jaloezie of afgunst bij mensen?

4 Koning David zegt: De HEER is mijn herder, mij ontbreekt niets. (Psalm 23,1) Het tegenovergestelde van afgunst is tevredenheid. Wat je hebt is genoeg. “God heeft de macht u te overstelpen met al zijn gaven, zodat u altijd en in alle opzichten voldoende voor uzelf hebt en ook nog ruimschoots kunt bijdragen aan allerlei goed werk.” (2 Korinte 9,8) Let erop dat de ‘u’ in dit vers niet het individuele lid is maar de hele geloofsgemeenschap. Samen ben je rijk. Op zichzelf toegepast zegt Paulus: “Ik zeg dit niet omdat ik gebrek lijd; ik heb geleerd om in alle omstandigheden tevreden te zijn.” (Filippenzen 4,11)

Bespreek deze stelling: het gras in jouw tuin is zo gek nog niet.

5 Het gebed om tevredenheid is van groot belang in de strijd tegen afgunst & jaloezie. Hier een voorbeeld (en denk ook aan de tekst van Psalm 131). Neem samen de tijd om te bidden.

God, leer mij om tevreden te zijn met wat ik heb.
Leer mij tevreden te zijn met wie ik ben.
Leer mij tevreden te zijn met hoe het leven is.
Zo kan ik genieten van alles wat U geeft.
Amen.